REEF geeft raad nieuwsbrief

In onze maandelijkse nieuwsbrief deelt Marlou Savelkoul, onze bedrijfsjurist, het laatste juridische nieuws, nuttige tips en content.

onze kennis uw groei

Veranderingen op het gebied van arbeidsrecht: het wetsvoorstel transparante en voorspelbare arbeidsvoorwaarden

De Europese Richtlijn transparante en voorspelbare arbeidsvoorwaarden moet 1 augustus 2022 geïmplementeerd zijn in onze Nederlandse wetgeving. Daarom ligt er nu een wetsvoorstel ter goedkeuring. De wet zal vanaf 1 augustus 2022 onmiddellijke werking hebben, er is dus geen sprake van overgangsrecht. Dit betekent dat het belangrijk is uw organisatie hierop voor te bereiden. Wij hebben de belangrijkste veranderingen op een rijtje gezet.

1. Verbod op studiekostenbeding voor verplichte opleidingen
Wanneer, voor een werknemer, een opleiding verplicht is om zijn of haar functie uit te voeren, mogen de kosten hiervoor niet meer worden verhaald op de werknemer. Dit betekent dat een studiekostenbeding of studieovereenkomst, zoals die nu wordt gesloten, niet altijd meer is toegestaan. Het verbod is alleen van toepassing op opleidingen die u als werkgever verplicht bent aan te bieden, op basis van de wet of cao, maar geen beroepsopleiding voor een beroepskwalicatie. U moet een onderscheid maken tussen verplichte opleidingen en keuze opleidingen. Het gaat om de kosten voor de opleiding zelf, maar ook het lesmateriaal en dergelijke. Daarnaast moet de werknemer de opleiding onder werktijd kunnen volgen.

2. Verbod op absoluut nevenwerkzaamhedenbeding
Tenzij er sprake is van een objectieve rechtvaardigingsgrond, is een nevenwerkzaamhedenbeding vanaf 1 augustus 2022 nietig. Bij objectieve redenen kan worden gedacht aan de gezondheid en veiligheid, de bescherming van de vertrouwelijkheid van bedrijfsinformatie, de integriteit van overheidsdiensten of het vermijden van belangenconflicten. Het is niet nodig om de objectieve rechtvaardiging op voorhand in het beding zelf op te nemen, maar het wordt dus wel lastiger om werknemers het verrichten van nevenwerkzaamheden te verbieden.

3. Verzoek om meer voorspelbare en zekere arbeidsvoorwaarden
ls een werknemer ten minste 26 weken in dienst? Dan kan de werknemer, maximaal één keer per jaar, de werkgever verzoeken om meer voorspelbare en daarmee meer zekere arbeidsvoorwaarden te verschaffen. De werkgever moet hier binnen één maand schriftelijk en gemotiveerd op beslissen. Als werkgever niet op tijd reageert, dan worden de arbeidsvoorwaarden aangepast naar het verzoek van de werknemer. Een tijdige reactie is dus van groot belang. Wat precies wordt verstaan onder meer voorspelbaar en meer zeker zal in de praktijk moeten blijken, daar laat het wetsvoorstel zich nog niet over uit.

4. Uitbreiding van de informatieverplichting
In de wet is nu een verplichting opgenomen voor de werkgever om bepaalde informatie aan de werknemer te verstrekken. De informatieplicht wordt verder uitgebreid: uiterlijk binnen één week na aanvang van het dienstverband moet u informatie verstrekken over de normale werk- en rusttijden en na één maand over het opleidingsbeleid en de procedures bij ontslag inclusief opzegtermijn. Als het werkpatroon van de werknemer onvoorspelbaar is, moet werkgever de werknemer informeren over de dagen en uren waarop de werknemer kan worden verplicht om te werken, de minimale termijn voor een oproep en het aantal gewaarborgde, betaalde uren.

Neem contact op

Vraag van de maand: Hoe bepaal ik de huurprijs voor mijn huurwoning of kamer?

U wilt een woonruimte verhuren. Hiervoor moeten verschillende zaken geregeld worden, waarbij u onder andere een huurprijs dient te bepalen. Maar hoe doet u dit en waar moet u rekening mee houden? Stap één bij het bepalen van uw huurprijs is om te bekijken om wat voor soort woonruimte het gaat: een zelfstandige woonruimte of een onzelfstandige woonruimte. Een zelfstandige woonruimte heeft een eigen voordeur en heeft wezenlijke voorzieningen zoals een keuken en een badkamer. Een onzelfstandige woonruimte heeft dit niet, vaak zijn dit studentenkamers of hospitaverhuur.

Vervolgens kunt u op basis van een puntensysteem, ook wel het woonwaarderingsstelsel, de hoogte van de maximale kale huurprijs berekenen. De kale huurprijs is de huur voor de woonruimte, hierbovenop komen vaak servicekosten en/of kosten voor gas, water en licht. Het puntensysteem legt een verband tussen de huurprijs en de kwaliteit van de woning. Dus hoe hoger de kwaliteit, hoe meer punten worden toegekend en hoe hoger de maximale huurprijs is. De woonruimte krijgt punten op basis van verschillende aspecten van de woonruimte, denk hierbij aan het woonoppervlak, verwarmingsmogelijkheden, kookgelegenheid en een toiletvoorziening. Ook kunnen er punten worden afgetrokken als het woonoppervlak bijvoorbeeld kleiner is dan 10m2.  

Dit puntensysteem geeft dus uiteindelijk een maximum voor wat betreft de kale huur. Vervolgens brengt u, waarschijnlijk ook nog servicekosten in rekening waarna er een all-in huurprijs ontstaat. Hiervoor geld dat de kale huurprijs minimaal 55% van de all-in huurprijs moet zijn en het voorgestelde voorschotbedrag voor servicekosten (inclusief nutsvoorzieningen) minimaal 25% van de all-in prijs bedraagt.

Wilt u deze huurprijs check zelf uitvoeren? Dit kan! Kijk hiervoor op:

Huurprijscheck

Meer informatie

Neem contact op met Marlou Savelkoul voor de mogelijkheden binnen uw organisatie.